Aansprakelijkheid na kettingbotsing
In eerste instantie gaat de wet bij botsingen ervan uit dat de achteroprijder niet voldoende afstand heeft bewaard op zijn voorganger en daarom de auto voor zich heeft aangereden. U kunt de bestuurder van de achteroprijdende auto aansprakelijk stellen wanneer u als gevolg van een kop-staartbotsing letselschade heeft opgelopen.
Bij een kettingbotsing rijden meerdere auto’s achterop elkaar. Daarbij kunt u zelf ook weer met uw auto worden doorgedrukt op de auto voor u, waardoor u zelf weer schade toebrengt aan deze auto voor u. In dat geval valt u niets te verwijten. Vaak leidt de schuldvraag bij een kettingbotsing tot de nodige discussie over wie aansprakelijk is voor de schade en in welke mate men de daaruit voortvloeiende letselschade zal moeten vergoeden. Om na een kettingbotsing langslepende juridische discussies over de aansprakelijkheid te voorkomen, hebben veel verzekeraars onderling afgesproken om bij dit soort botsingen de letselschade af te wikkelen op basis van de Overeenkomst Vereenvoudigde Schaderegeling (OVS).